Het aannemen van een werknemer brengt bepaalde contractuele verplichtingen voor de werkgever met zich mee. Hoewel het gebruik van digitale tools voor het ondertekenen van een arbeidsovereenkomst is toegestaan, kan het contract mondeling zijn—en dus ongeschreven—mits het niet valt onder de wettelijke verplichtingen voor schriftelijke vastlegging voor bepaalde soorten contracten.
De wetgever is hier duidelijk over. Alleen het voltijdse contract voor onbepaalde tijd is vrijgesteld van de verplichting tot ondertekening. Uitzonderingen zijn locatie-specifieke contracten en andere specifieke voltijdse contracten voor onbepaalde tijd. Elke baan die specifieke clausules bevat, zoals een proeftijd of opzegtermijn, moet nog steeds worden gedocumenteerd in een arbeidsovereenkomst. Daarom zijn er zeer weinig werknemers vrijgesteld van het hebben van een ondertekend contract met hun werkgever.
Als een arbeidsovereenkomst niet wordt ondertekend, loopt de werkgever aanzienlijke risico's. In dergelijke gevallen wordt een deeltijdwerknemer—ongeacht of deze is aangenomen onder een contract voor onbepaalde tijd, bepaalde tijd of tijdelijk—geacht in dienst te zijn op basis van een voltijds contract voor onbepaalde tijd. Bovendien kan de werkgever een boete van 1.500 euro krijgen, die kan oplopen tot 3.000 euro bij herhaalde niet-naleving.
Voor contracten voor bepaalde tijd heeft de werkgever 2 dagen de tijd om de arbeidsovereenkomst aan de werknemer te overhandigen. Het niet doen hiervan stelt de werkgever bloot aan een schadevergoeding gelijk aan een maand salaris, plus een boete van 3.750 euro die kan worden verhoogd tot 7.500 euro voor recidivisten.
Deze contracten moeten ook binnen 2 dagen na de start van de tijdelijke werknemer of medewerker worden ondertekend. De straffen zijn identiek aan die voor contracten voor bepaalde tijd.
Als een leerovereenkomst niet wordt ondertekend, wordt deze automatisch omgezet in een voltijds contract voor onbepaalde tijd. Het moet worden ondertekend door de leerling als deze meerderjarig is, of door hun ouders of voogd als de leerling minderjarig is, en in ieder geval voordat de leertijd begint.
De eerste stap is het controleren van de toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst, die een schriftelijke arbeidsovereenkomst kan vereisen voor elk type functie binnen het bedrijf. Deze eis is bedoeld om bescherming te bieden in geval van een geschil en om te voorkomen dat zaken naar de arbeidsrechtbank gaan. Bij afwezigheid van een contract kan een werknemer de voorlopige werkverklaring (DPAE) van de werkgever eisen, die moet worden ingevuld voordat de werknemer begint met werken. Het niet naleven hiervan stelt de werkgever bloot aan zware sancties.
Het is belangrijk op te merken dat de collectieve arbeidsovereenkomst voorrang heeft boven de Arbeidswet wanneer deze laatste geen verplichte opstellingsbepalingen voor een arbeidsovereenkomst specificeert. Bovendien moet voor elke werknemer die in Frankrijk werkt, de arbeidsovereenkomst in het Frans zijn opgesteld om geldig te zijn. De werkgever is ook verplicht om op verzoek een vertaling van het contract in de moedertaal van de werknemer te verstrekken.
